Door Nol van Loon
Sinds ik in Maastricht train, slaap, werk (repeat) beginnen mijn beentjes sterker te worden. Zo ging de kermiskoers van Spurk-Bilzen (BE) zaterdag goed en bleef ik voor het peloton uit. Het KNWU klimcriterium nabij Valkenburg ging tegen alle verwachtingen in nog een stuk beter. Wegens gebrek aan kamikaze-behoefte werd er “slechts” een 9e plek behaald. Het prima koersweekendje was een enorme moraalboost, waardoor het op de hersteltraining van maandag lastig was me in te houden. Dit lukte overigens goed en dus waren de benen (na rust op dinsdag) klaar voor het hoofddoel: de Ridderronde van Maastricht.
In dit criterium rijden studenten, als voorprogramma van de profs, rondjes door het centrum van Maastricht. Het 1,7 kilometer lange parcours telt tien bochten en het wegdek bestaat hoofdzakelijk uit (die o zo heerlijke) kasseien. Het parcours wurmt zich door de pittoreske, middeleeuwse straatjes, waarna de finish op het vrijthof is.
Namens De MEET stonden hier Tim, Jakub en ik (Nol) aan de start, die geneutraliseerd plaatsvond. Deze neutralisatie duurde velen malen langer dan verwacht in verband met een (op het oog) erg heftige chrash van Squadra-lid en SWN-vakantieganger Jeroen. Achteraf bleek de schade gelukkig mee te vallen. Enfin, de neutralisatie duurde lang, erg lang. In mijn ooghoek zag ik dat het rondebord aangaf dat er nog 3 rondes gereden diende te worden. 2 rondes later werd de koers vrij gegeven door de motard die 1 vinger in de lucht stak en deze vervolgens rondtolde.
Meteen werd er door de dubbele titelverdediger gedemarreerd, welke gevolgd kon worden. Op de stenen van de markt, op de stoep bij het stadhuis, vond ik het tijd worden voor een gooi naar de winst. Zittend, met de handen op de shifters en de ellebogen naar binnen gedraaid, versnelde ik. Er was een gat van een meter of 15. We draaiden de markt af, straatje door en toen linksaf de finishstraat in. De laatste 300 meter liepen de eerste helft licht omhoog, de tweede helft was vlak. Intussen was er één coureur bij me aangesloten, waartegen gesprint werd. Hij kwam naast me, maar er niet voorbij. Dit was hard tegen hard. Het ging immers om de winst, zo dachten we. 20 meter voor de streep werden we op grove wijze uit onze droom geholpen. De spreker riep om dat er nog een tweetal rondes afgelegd diende te worden. Nadat het zuur in de benen gezakt was, zakte nu de moed in de schoenen. De benen voelde aan als dode pieren en het hart bereikte frequenties die nooit eerder waren waargenomen.
Nog twee rondes, twee hele rondes. Dat terwijl het lichaam aanvoelde alsof deze alle vier de veldslagen om Ieper in de loopgraven had doorgebracht. Ook in deze twee rondes was het een ware veldslag. Op verschillende hoeken waren gesneuvelde coureurs te zien, al dan niet bijgewoond door medische hulpkrachten. Gelukkig bleven wij als MEET-mannen alle drie overeind. Tim verloor, nog net wat later dan Jakub, in de laatste ronde helaas de aansluiting met de voorste mannen.
Allez, het was koers, dus blik op oneindig en watts in die poten! Ik zat in het kopgroepje van vijf, waaruit er na elkaar twee wegslopen. Later zouden deze twee heren “winnaar” en “2e”genoemd worden. Samen met twee anderen ging er dus gesprint worden voor die felbegeerde podiumplek. Vóór de laatste bocht zat ik in het derde wiel. 200 meter voor de streep zat ik nog steeds in het derde wiel. Wachten, wachten en nog eens wachten. Ik wist dat, met mijn spaghettibenen, een lange sprint sowieso verloren werk zou zijn. “the waiting game” kwam tot een einde en dus kwam ik uit het zadel
en draaide ik de gashendel volledig open. Met z’n drieën werd er zij aan zij gestreden. Het was Guy (Domrenner) of ik. Uit de nagel van mijn kleine teen perste ik mijn laatste vleugje vermogen. Met de finish binnen een meter afstand lagen we nog steeds op gelijke hoogte. Ik duwde mijn stuur zo ver naar voren dat mijn cadetten ongeveer achter mijn wiel zaten. Mijn armen strekte zich uit als elastiek. Deze jump zou wel eens een mooi resultaat teweeg gebracht kunnen hebben.
30 meter na de finish zat een bocht naar links. Met 60km/u leg je dit in 1,5 seconde af. 1,5 seconde om weer balans te vinden, kont naar het zadel te verplaatsen en de noodstop vol in te zetten. Met samengeknepen bilpartij, een G-kracht van 4,5 en een adrenalinerush van-heb-ik-jou-daar werd de bocht doorgevlogen en verrassenderwijs overleefd. Opgelucht kon er weer adem gehaald worden en werd er terug gegaan naar de orde van de dag: podium of geen podium?
Over de speakers was te horen: 1: Robbin van de Geer, 2: Joost van Wijngaarde, 3: Nol van Loon. YES! Dankzij de goede morele steun van MEET-toeschouwers kon net dat extra procentje geleverd worden die het banddikte verschil maakte. Deze toeschouwers waren Robbert en Bianca, die (zoals het hoort) op de fiets naar het zonnige zuiden gekomen waren. Verder reisde ook Daniëlle als verrassing af naar 043. Speciale dank voor Robbert voor het opwarmen van mijn meet-tenue en voor Daniëlle voor het opvangen van mijn volle bidon met haar onderlip. Nogmaals mijn welgemeende excuses daarvoor.
https://www.strava.com/activities/361910078/analysis/1000/3236